vrijdag 26 augustus 2022

REDDING VAN DE ABSTRACTE KUNST


*


Wat moet er met de kunstgeschiedenis van het modernisme gebeuren? Kieperen we haar in de kliko, nadat we haar herschreven hebben of gaan we sommige elementen ervan redden? Een poging hiertoe deed Bianca Stigter onlangs in de NRC.1)

 

In haar dystopische essay Het geheim van Mondriaans Victory Boogie Woogie (VBW) is er in 2030 een ‘zondvloed’ aan de gang; de klimaatdoelen zijn immers niet gehaald.2) Toch zit Stigter in het Kunstmuseum te Den Haag voor de VBW. Zij tracht het schilderij te analyseren, gaat op zoek naar een context en haalt hedendaagse inzichten over kunstenaarschap en kunst aan.

 

Terwijl het water oprukt, vraagt zij zich af of het ‘nog passend [is] om anno 2030 een schilderij van één oude witte man als meesterwerk te zien…?’ 3) Zij is opgelucht dat de geschiedenis inmiddels zo herschreven is, ‘dat niet alleen witte mannen mogen meedoen in de kunst.’4) Ondertussen werd er abstract werk van vrouwelijke en zwarte kunstenaars getoond, aan het genie gemorreld en er werden verbanden gelegd tussen verschillende soorten abstracte kunst. Voor Stigter is de westerse kunstgeschiedenis passé: ‘een schilder als Mondriaan […] raakt op een zijspoor’, misschien wel op ‘een doodlopende weg’.

 

Als het water het schilderij bereikt, begint zij toch aan een reddingspoging. Mondriaan schreef dat zijn werk pas geslaagd is, als daarmee alle tegenstellingen en hiërarchieën op de wereld worden opgeheven, als een dynamisch evenwicht ontstaat dat het worden toont. ‘Om dat te zien moet je de bouwstenen van de VBW als de bouwstenen van het hele universum aanvaarden’, meent de schrijfster. Haar redding is echter tevergeefs, met het schilderij gaat ook zij ten onder, nadat zij haar laatste woord ‘Dood’ heeft opgeschreven.

 

Heeft Stigter het geheim van VBW ontcijferd? Vormt zo'n zondvloed een goede analogie voor het einde van de kunstgeschiedenis? En waarom moet één abstract werk gered worden? Visies op kunstenaarschap en kunst hebben in de 21ste eeuw grote veranderingen ondergaan. Er is aandacht voor het werk van kunstenaars van allerlei genders, huidskleuren en afkomsten. De kritiek op de geniecultus is ook terecht. Maar waarom zou de kwaliteit van Mondriaans werk beïnvloed worden, doordat hij een ‘oude, witte man’ was toen hij VBW schilderde? Staat hij misschien voor de witte kunstgeschiedenis die moet verdwijnen? Als Stigter dit bedoelt, wordt haar redding pas echt vreemd, want ze gebruikt hiervoor de universele ideeën van Mondriaan zelf.

 

Dit is niet de enige reddingspoging. Het Stedelijk Museum te Amsterdam die met Sonsbeek 2020-2024 de tentoonstelling Abstracting Parables heeft samengesteld, doet ook zoiets. Eigenlijk zijn het drie solotentoonstellingen van de Nederlands-Joodse Sedje Hémon, de Pakistaanse Imran Mir en de Afro-Braziliaanse Abdias Nascimento. Volgens het museum tonen deze kunstenaars verschillende manieren om ‘met abstractie, geometrie, spiritualiteit en geschiedenis’ om te gaan en dagen zo ‘de grenzen van het modernisme uit…’ Moet de abstracte kunst hier met behulp van kunstenaars uit verschillende werelddelen gered worden, nu ze als ‘westerse uitvinding’ dreigt te verdwijnen? 

 

De opzet van de tentoonstelling kent verschillende problemen. Abstractie en modernisme zijn niet zomaar met elkaar te verbinden. Abstractie bestond al in de prehistorie en bleef in de decoratieve kunsten altijd bewaard. Avant-garde kunstenaars wisten dit, maar claimden de uitvinding van de abstractie om zich tegen de afbeeldende kunst te verzetten. De drie solo’s worden samen getoond, omdat verondersteld wordt dat de kunstenaars uit verschillende werelddelen iets nieuws aan de abstracte kunst zouden kunnen toevoegen. Hémon wilde muziek en beeldende kunst met elkaar verenigen, Mir wilde tegenover de afbeeldende een contemplatieve kunst plaatsen en Nascimento maakte op Afrikaanse bronnen geïnspireerde, symbolische/mythologische kunst. Hémon en Mir waren wat hun doelen en werk betreft verwant aan de begin 20ste-eeuwse abstracte kunst, terwijl Nascimento figuratief/abstract werk maakte om de waardigheid van zwarte culturen te benadrukken. Hun werken hadden zelfs de spirituele inslag met de westerse, abstracte kunst gemeen. Geen van de drie daagde dus de grenzen van het modernisme (hier abstractie) uit: de eerste twee zetten het voort en de derde gebruikte het voor activistische doelen.5)

 

Het herschrijven van geschiedenis is risicovol. Door modes verblind, kun je verkeerde verbanden leggen en als gevolg daarvan iets belangrijks uit de geschiedenis schrijven. Dan volgen er inconsequente reddingspogingen en ongeldige aanvullingen. Gelukkig hoeft de abstractie zelf voorlopig niet gered te worden. Ze zal blijven bestaan, zolang er mensen zijn die haar gebruiken.

 

KATALIN HERZOG


* Piet Mondriaan, Victory Boogie Woogie, 1944. 


Deze column werd gepubliceerd in de KunstKrant, Jg. 26, nr. 5, september/oktober, p.11.


......................................................



NOTEN (na publicatie van de column toegevoegd):

1. Bianca Stigter, 'Het geheim van Mondriaans Victory Boogie Boogie', NRC, 20 juli 2022 werd geschreven voor de viering van Mondriaans 150ste geboortedag. Het is een zeer inconsequente tekst die eerder als surrealistisch dan als essayistisch, dus beschouwelijk, overkomt. Afwisselend verguist en prijst de schrijfster de VBW van Mondriaan, waardoor het werk van de kunstenaar tussen wal en schip valt. Dit 'essay' heeft nog het meest weg van de 'parallelle teksten' van literatoren die menen 'kunstig' over kunst te moeten schrijven. De inconsequentie heeft ook te maken met de hedendaagse twijfel of er nog positief over het werk van kunstenaars binnen de westerse kunstcanon geschreven kan worden (zie noot 3). 
 
2. Stigter heeft het over een 'vloedgolf' en niet over de zondvloed, maar vat die wel als een straf op voor het niet halen van de klimaatdoelen. Dit deed mij eerder aan de Bijbelse zondvloed dan aan een tsunami denken.

3. De 'oude, witte mannen' frase die tegenwoordig vaak herhaald wordt bij het schrijven over de westerse kunst en cultuur werkt als een 'bewijs van deugdzaamheid'. Schrijvers zeggen hiermee zoiets als: ik ben mij ervan bewust dat ik over een voorbije en niet welgevallige kunst/cultuur schrijf. Maar ik behoor wel tot het goede kamp. Dat velen met die ' oude, witte mannen' schermen, getuigt echter alleen van culturele en historische oppervlakkigheid en onbenulligheid die historici met klem tegen moeten spreken.

4. Het is merkwaardig dat Stigter het 'herschrijven van de geschiedenis' als zo vanzelfsprekend vermeldt. Geschiedenis wordt steeds opnieuw geïnterpreteerd, maar eerdere geschiedenissen blijven in de archieven bewaard, zodat historici naar ze kunnen terugkeren als ze latere interpretaties bekritiseren. Op dit moment willen sommigen de kunstgeschiedenis 'voor eens en voor altijd' herschrijven om haar voorgoed van onwelgevallige elementen te 'zuiveren'. Waar kennelijk niet aan gedacht wordt, is dat dictatoriale regimes het herschrijven van de geschiedenis op soortgelijke wijze opvatten en daarmee hun kwalijke praktijken legitimeren. De vreselijke gevolgen hiervan kunnen we dagelijks in de media zien.

5. Het lijkt erop dat de 20ste eeuwse abstracte kunst alleen dan 'bewaard' kan worden als het aangetoond wordt dat abstractie geen westerse uitvinding is, maar elders in de wereld al in andere vormen verschenen is. Aangezien elke kunsthistoricus hiervan op de hoogte zou moeten zijn, is het de vraag waar de kunsthistorici van Sonsbeek en het Stedelijk mee bezig zijn? Willen ze het werk van eerder onbekende en/of niet gewaardeerde kunstenaars opwaarderen? Als dat werk hiertoe aanleiding geeft, is zoiets terecht, maar dan moeten de makers ervan niet als heroïsche uitdagers worden voorgesteld als ze de westerse kunstcanon volgen of gebruiken, zoals bij Hémon, Mir en Nascimento het geval was. Instrumenteel gebruiken van het werk van kunstenaars voor oneigenlijke doeleinden is even kwalijk als niet erkennen van dat werk.

Zie: de aankondiging van de tentoonstelling: 'Sedje Hémon/ Imran Mir/ Abdias Nascimento, Abstracting Parables'. https://www.stedelijk.nl/nl/tentoonstellingen/sedje-hemon-imran-mir-abdias-nascimento

Geen opmerkingen: